Mijn hersens vinden koffie zetten tegenwoordig lastig. Ook vandaag gaat het mis. Ik wil schepjes koffie in het filter doen, maar ben het zakje vergeten. Ondertussen staat een vriendin iets te vertellen. Ik baal omdat ik zo knullig aan het doen ben, maar vooral omdat ik niet heb meegekregen wat ze zei.
Eindelijk zit het filterzakje in de houder en schep ik de koffie erin, maar dan bedenk ik me dat ik niet meer weet hoeveel schepjes ik er eigenlijk in moet doen. ‘Oh ja, vijf. Maar hoeveel heb ik er nu dan al ingedaan?’ Ik besluit te doen alsof er niets aan de hand is en op het oog te bepalen of er genoeg koffie in zit.
Bijna vergeet ik nog om het waterreservoir te vullen. Pfft, ook dat is gelukt. De koffiekan is gisteren al door mijn bezoek teruggezet, dus die kan ik niet meer vergeten. Het is een thermoskan. Hartstikke handig, dan hoef je niet steeds naar de keuken om nieuwe koffie te pakken. Het nadeel is dat deze kan niet van doorzichtig glas is, maar van roestvrijstaal. Omdat ik dus niet kan zien of de kan leeg is, had ik er even aan moeten voelen.
Hij blijkt nog halfvol te zijn en terwijl mijn vriendin haar verhaal afmaakt, stroomt de koffie over de kan, over het aanrecht zo de bestek-la in.